11e zondag door het jaar

KerkjaarCyclus: C

Intredelied:
310 Uit angst en nood
314 Uit diepten van ellende
Antwoordpsalm:
P86 11e zondag door het jaar - C
Alleluia-vers:
4h Alleluia — Uw woorden, o Heer, zijn geest en leven
Bij de bereiding van de gaven:
566 Hoe is uw naam
Communiezang:
316 Barmhartige Heer
319 De zonden zijn vergeven
Slotlied:
548 Zo lief heeft God de wereld
Gregoriaans:
56 Kyriale XI


Deze zondagsviering cirkelt rond zonde en vergeving, berouw en verzoening. In de intredezang mag dat al aangekondigd worden met een of andere versie van het De Profundis – psalm 130 (129) waar vanuit de diepte van onze zonde-ellende het vertrouwen wordt uitgezongen in de overvloed van Gods barmhartigheid. Vandaar: 310 Uit angst en nood of 303 en 314 Uit diepte van ellende.

Na de eerste lezing, waarin God zich ontfermt over de zondige berouwhebbende David, vertolkt de antwoordpsalm 32 een terugblik, na de bevrijding: “Gij hebt mijn zonden vergeven”, P 86.

In de communiezang blijven de woorden van vergeving en verzoening van Jezus tot de publieke zondares nog naklinken: De zonden zijn vergeven. Dit is een woord ten leven (319). Een andere mogelijkheid is de beurtzang 316, waarin Gods barmhartigheid bezongen wordt: Barmhartige Heer, genadige God … Zover als het oosten van het westen vandaan is, zover van ons af werpt Hij al onze zonden.