6e zondag door het jaar

KerkjaarCyclus: B

Intredelied:
303 Uit diepten van ellende
314 Uit diepten van ellende
Antwoordpsalm:
320 Erbarm U, God, en delg genadig
924 Ik sta voor u in leegte en gemis
P51 6e zondag door het jaar - B
Alleluia-vers:
4b Alleluia — Ik ben de verrijzenis
Bij de bereiding van de gaven:
534 Wie naar het altaar gaat
702 De Heer die leeft
Communiezang:
757 Het woord, het goede woord van God
Slotlied:
736 Wie is die God die eeuwig leeft


De zondag van de melaatse! Melaatsheid werd als een zeer erge ziekte beschouwd. Ze werd in het Oude Testament ook gezien als een gevolg van de zonde. Maar zelfs wie om die kwaal verstoten wordt (vgl. de eerste lezing) is bij de Heer welkom en vindt bij Hem genezing. Parallel met de vertrouwvolle kreet uit de aanhef van het evangelie “Als Gij wilt, kunt Gij mij reinigen” zingen we vandaag als intredelied 303 of 314: Uit diepten van ellende roep ik om hulp tot U, Gij kunt mij redden. Naast deze nummers bevat Zingt Jubilate ook 310, dat een vrijere bewerking is van psalm 130 De profundis.

Na de voorschriften in verband met melaatsheid in de eerste lezing, klinkt in het keervers van de antwoordpsalm reeds het vertrouwen door van de zieke die bij Jezus genezing zal zoeken: Mijn toevlucht zijt Gij, mijn redder in nood (P 51). Ook lied 320 zingt om erbarmen en nieuw leven: Erbarm U God en delg genadig het kwaad ... was mij schoon ... stort in mijn hart een nieuwe geest. Een derde keuze is het lied 924: Ik sta voor U in leegte en gemis.

Als communiezang stellen wij lied 757 voor, Het woord, het goede woord van God. De derde strofe spreekt over Jezus als het genezende Woord van God: Het is een mens van goede wil die dienaar is geworden van armen en vernederden… Vervolgens maakt de tekst ook de toepassing naar ons leven.