1e zondag van de advent

KerkjaarCyclus: C

Intredelied:
102 Heer, wij roepen om erbarmen
117 Verheft uw hart
Antwoordpsalm:
P35 1e zondag Advent - C
Alleluia-vers:
3a Alleluia — Bereidt de weg des Heren
Bij de bereiding van de gaven:
126 Als die koning zal verschijnen
127 Licht in onze ogen
Communiezang:
107 Een stad van vrede zoeken wij
115 De nacht loopt ten einde
Slotlied:
108 Op een God die door de eeuwen
Gregoriaans:
68 Rorate caeli

Overeenkomstig de gregoriaanse aanhef Ad te Levavi van deze zondag, zingen wij de intredezang 111 Verheft uw hart, een oproep tot hoop en vertrouwen. Heel onze christelijke eindtijdsverwachting wordt in de liturgie van deze zondag geconcentreerd: Verhoopt de dag die daagt voorgoed… Totdat Hij komt bestaan wij hier, wakend, en wetend dag noch uur… Daarmee wordt het evangelie reeds in de intredezang aangekondigd. Vooral omwille van de drie eerste strofen functioneert dit lied goed als intredezang. De melodie van 117 is dezelfde als deze van 101.

Een andere mogelijkheid voor de intrede is 107 Een stad van vrede zoeken wij. Dit lied kan eventueel als rode draad fungeren bij de opeenvolgende adventszondagen van het C-jaar. Nog een andere mogelijkheid is 127 Licht in onze ogen. Ook dit lied kan tijdens verschillende zondagen van de advent hernomen worden. Strofes 6, 7 en 8 vormen eigenlijk een gezongen Kyrie. De vier strofen van lied 129 Wij wachten op de koning kunnen eventueel klinken worden bij het aansteken van de kaarsen van een adventskrans.

De verzen van de antwoordpsalm zijn genomen uit ps. 25. De nieuwe Zingt Jubilate bevat het passend keervers onder het nummer P 35.

Als communielied kan 115 De nacht loopt ten einde gekozen worden (vooral str. 1+2). Het herneemt de hoofdgedachte van het evangelie: Heft uw hoofden omhoog… laat die dag u niet onverhoeds grijpen. Andere keuzemogelijkheden als communiezang zijn Op een God die door de eeuwen (108) of Als tussen licht en donker (116).